Skip to main content Skip to footer

Wetsvoorstel tweede spoor in tweede ziektejaar

Artikel

Het wetsvoorstel tot wijziging van de re-integratieverplichtingen in het tweede ziektejaar bij werknemers van kleine en middelgrote werkgevers is ter internetconsultatie aangeboden. Onder bepaalde omstandigheden kunnen kleine en middelgrote werkgevers na het eerste ziektejaar de re-integratie eerste spoor te beëindigen.

Vanaf de start van het tweede ziektejaar kan dan gefocust worden op re-integratie in het tweede spoor. Op deze manier wil het kabinet bedrijven meer wendbaarheid geven. Klinkt mooi, maar we hebben nog wel wat vraagtekens bij dit wetsvoorstel.

Hoe is het nu?

Op dit moment is het zo, dat de re-integratie-inspanningen in eerste instantie gericht zijn op terugkeer in eigen (aangepast) werk bij de eigen werkgever (spoor 1). Is er geen zicht op een structurele werkhervatting binnen de eigen organisatie, dan moet gezocht worden naar passend werk bij een andere werkgever (spoor 2). Dit spoor-2 traject moet uiterlijk binnen zes weken na de eerstejaarsevaluatie worden gestart.

Dat hoeft alleen niet als er binnen drie maanden concreet perspectief is op structurele werkhervatting in het eerste spoor in eigen, aangepast eigen of passend werk dat zo dicht mogelijk aansluit bij de mogelijkheden van de werknemer.

Veelal wordt bij de start van spoor 2 spoor 1 nog niet afgesloten, dus het spoor 2-traject loopt dan naast spoor 1. Dit gebeurt volgens het UWV in twee derde van de onderzochte dossiers.

Contact

Opleidingsadvies

Wil je meer weten over een opleiding? Of een advies welke opleiding jou het beste past? Bel met Christel, Paul, Sandra, Judith, Marleen of Renske!

 

Knelpunten voor de kleinere werkgever

Uit onderzoek blijkt dat het voor kleine en middelgrote bedrijven moeilijk is een langdurig zieke werknemer te re-integreren. Vooral omdat er geen passend werk beschikbaar is. Ook is het voor hen lastig de uitval intern op te vangen of vervanging te regelen. Vandaar dat het kabinet hen tegemoet wil komen.

Wanneer de wet ingaat, kunnen kleine en middelgrote werkgevers de re-integratie van de zieke werknemer in het eerste spoor vanaf de start van het tweede ziektejaar afsluiten. Niet eerder en niet later!

Met andere woorden: de werknemer kan dan na het eerste ziektejaar niet meer terugkeren in zijn oude werk (spoor 1). De werkgever kan de zieke werknemer dus permanent vervangen en iemand anders aannemen. De zieke werknemer moet dan op zoek naar passend werk bij een andere werkgever (spoor 2). Ook als hij volledig hersteld is.

Sowieso houdt de werkgever een loondoorbetalings- en re-integratieverplichting voor 104 weken. Deze periode wordt niet ingekort als er tussentijds herstel plaatsvindt. Dus wordt er in het tweede ziektejaar nog herstel verwacht, dan moet de werkgever zich afvragen of het wenselijk is de werknemer structureel te vervangen. Bij volledig herstel moet de werkgever alsnog de gehele periode tot 104 weken het loon doorbetalen. En vermoedelijk zal een eventuele verzuimverzekering niet meer betalen als er geen sprake meer is van ziekte.

 

Instemming van de werknemer nodig 

Het afsluiten van het eerste spoor is geen verplichting. Werkgever en werknemer kunnen hierover samen een beslissing nemen. De werknemer krijgt hiervoor uiterlijk in de 52e ziekteweek een voorstel van de werkgever. De werknemer moet hier schriftelijk mee instemmen en kan hier dan nog gedurende 14 dagen op terugkomen.

Gaat de werknemer akkoord met afsluiting van spoor 1, dan heeft de werknemer alleen nog recht op terugkeer in zijn oude werk bij zijn werkgever als zijn werkplek nog beschikbaar is. Het terugkeerrecht vervalt dus bij een structurele vervanging van de functie.

Het instemmen met een afsluiting van spoor 1 kan overigens nooit als verwijtbare werkloosheid worden gezien. Als het tot een ontslag of vaststellingsovereenkomst na 104 weken komt, heeft de werknemer nog wel recht op een werkloosheidsuitkering.

 

Toestemming afsluiting spoor 1 door UWV 

Gaat de werknemer niet akkoord en wil de werkgever toch het eerste spoor afsluiten? Dan moet de werkgever uiterlijk in de 42e ziekteweek (dat is dus veel vroeger dan de 52e week!) aan het UWV toestemming vragen. Het UWV toetst op drie onderdelen:

  1. Kan de werknemer inderdaad de bedongen arbeid niet uitvoeren (is er sprake van arbeidsongeschiktheid)?
  2. Waren de re-integratie-inspanningen in het eerste ziektejaar voldoende?
  3. Is de werknemer in staat om binnen 13 weken zijn eigen werk (eventueel in aangepaste vorm) te doen?

Bij de aanvraag van deze toestemming moet de werkgever een verklaring van de bedrijfsarts  overleggen. De bedrijfsarts dient dus een prognose over deze 13 weken te geven. Gaat het UWV niet akkoord of wordt de toestemming te laat aangevraagd, dan is het niet mogelijk het eerste spoor af te sluiten.

Ook is er geen toestemming mogelijk voor het afsluiten van het eerste spoor gedurende een ziekteperiode veroorzaakt door zwangerschap of als er sprake is van bevallingsverlof (tijdens de WAZO-periode).

Als werkgever of werknemer meent dat ten onrechte geen of juist wel toestemming is verleend tot het afsluiten van het eerste spoor, dan kan hij zich wenden tot de civiele rechter. Er komt dus geen bezwaar- en beroepsprocedure bij het UWV zelf.

 

Wijziging van de RIV-toets

Bij een afsluiting van spoor 1 bij het einde van het eerste ziektejaar wordt de RIV-toets gewijzigd bij de WIA-aanvraag. De RIV-toets beperkt zich dan tot een toets op de re-integratie-inspanningen in het tweede spoor in het tweede ziektejaar. Eventueel kan dan een loonsanctie volgen van maximaal 52 weken.

 

Vereenvoudigde ontslagprocedure bij afsluiten van spoor 1

Als spoor 1 is afgesloten, kan de kleine of middelgrote werkgever na afloop van de periode van het opzegverbod (meestal 104 weken) UWV om toestemming vragen om de arbeidsovereenkomst op te zeggen. Bij een middelgrote werkgever toetst het UWV nog wel of er binnen 13 weken mogelijkheden tot herplaatsing van de werknemer zijn. Dit is dus anders dan de reguliere procedure die uitgaat van een redelijke herplaatsingstermijn van 26 weken. Bij een kleine werkgever speelt herplaatsing geen rol meer bij het verstrekken van de ontslagvergunning door het UWV.

Nb. De regeling voor de compensatie transitievergoeding bij arbeidsongeschiktheid wijzigt niet. De aan de nieuwe ontslaggrond gekoppelde compensatie bedraagt maximaal de transitievergoeding die is opgebouwd tot op het moment dat 104 weken is verstreken sinds de eerste ziektedag van de werknemer.

 

Kanttekeningen bij het wetsvoorstel

Dit wetsvoorstel heeft nog wel een aantal haken en ogen. Zo is de vraag waarom een werknemer vrijwillig zal instemmen afstand te doen van zijn terugkeerrecht.  Daar heeft hij geen enkel belang bij.

Daarbij voorzien we flink wat werk voor het UWV. Als een werknemer niet instemt met afsluiting van spoor 1, zal de werkgever standaard uiterlijk in de 42e week toestemming vragen aan het UWV. En dit terwijl het UWV nu al niet de deskundigenoordelen en WIA-aanvragen tijdig kan verwerken. Is het UWV dan wel in staat om uiterlijk binnen 8 weken tot een oordeel te komen?

Je kunt nog tot 24 november reageren op de internetconsulatie.

Overheid.nl | Consultatie Wetsvoorstel tot wijziging van de re-integratieverplichtingen in het tweede ziektejaar bij werknemers van kleine en middelgrote werkgevers (internetconsultatie.nl)

Artikelen